Oefentoets biologie: Voeding en vertering

Welke van onderstaande stoffen zijn energierijke stoffen (brandstoffen)?
1. Suikers
2. Mineralen
3. Zetmeel
4. Vetten
5. Vitamines
6. Water
7. Eiwitten
Welke van onderstaande stoffen zijn beschermende stoffen?
1. Vitamines
2. Eiwitten
3. Zetmeel
4. Mineralen
5. Vetten
Wat is de functie van mineralen?
1. Brandstof
2. Bouwstof
3. Beschermende stof
4. Reservestof
Hoe heten de stoffen die in bruin brood, groente en fruit zitten en die er voor zorgen dat onze spieren in de darmen actief blijven?
Vitamines, mineralen en water zijn voedingsmiddelen
1. Goed
2. Fout
De twee belangrijkste brandstoffen (energierijke stoffen) zijn vetten en ..........................
Welk mineraal is heel belangrijk als bouwstof voor botten?
Welk mineraal is belangrijk voor het aanmaken van rode bloedcellen?
Wat is de naam van het vet dat aan de binnenkant van de bloedvaten kan gaan zitten?
Wat is de functie van Vitamine C?
1. Nodig voor het zien in het donker/schemer en bij de groei
2. Nodig voor de werking van het zenuwstelsel
3. Belangrijk voor het afweersysteem
4. Nodig bij het afzetten van kalk in de botten
Worteltjes eten is goed bij het voorkomen van nachtblindheid. Welke vitamine zit dan in wortels?
1. A
2. B
3. C
4. D
Scheurbuik is de benaming voor een ziekte ten gevolge van een langdurig .................. tekort zoals dat in vroeger eeuwen op zeilschepen op de grote vaart veel voorkwam. Symptomen van scheurbuik zijn onder meer zwellingen en bloedingen van het tandvlees, slapte, stijve en pijnlijke ledematen en inwendige bloedingen. Onbehandelde scheurbuik is op lange termijn dodelijk, maar de behandeling is eenvoudig: ................. innemen. Dit zit o.a. veel in citrusvruchten.

Welke stof moet er op de puntjes worden ingevuld?
1. Vitamine A
2. Vitamine C
3. Voedingsvezels
4. Koolhydraten
5. Eiwitten
Welk deel van de schijf van 5 bevat vooral voedingsmiddelen die veel zetmeel bevatten?
1. 1
2. 2
3. 3
4. 4
5. 5
Welk deel of welke delen van de schijf van 5 bevatten voedingsmiddelen die voedingsvezels bevatten?
1. 1
2. 2
3. 3
4. 4
5. 5
Welke drie delen van de schijf van 5 bevatten vitamines?
1. 1
2. 2
3. 3
4. 4
5. 5
Welk deel van de schijf van 5 bevat het meeste eiwitten?
1. 1
2. 2
3. 3
4. 4
5. 5
Twee uitspraken over de schijf van olie en vetten.

Karin zegt: Verzadigde vetten zijn gezonder dan onverzadigde vetten
Maarten zegt: Deze producten kunnen ook vitamines bevatten

Wie heeft er gelijk?
1. Beide gelijk
2. Alleen Karin gelijk
3. Alleen Maarten gelijk
4. Beide ongelijk
Kijk naar onderstaande tabel over verschillende broodsoorten. Welk type brood is op basis van deze gegevens het gezondst?
1. 1 snede witbrood
2. 1 snede bruinbrood
3. 1 snede volkorenbrood
4. 1 snede rozijnenbrood
5. 1 sandwich
6. 1 croissant
Welk deel van de schijf van 5 bevatten veel beschermende stoffen?
1. 1
2. 2
3. 3
4. 4
5. 5
Twee uitspraken over bovenstaande schijf van 5:

Gerald zegt: Bovenstaande schijf van 5 klopt niet, doordat alle vakken even groot zijn
Lieke zegt: Bovenstaande schijf van 5 klopt niet, omdat melkproducten geen aparte schijf zijn

Wie heeft er gelijk?
1. Beide gelijk
2. Gerald heeft gelijk
3. Lieke heeft gelijk
4. Beide ongelijk
Welk type broodbeleg zou je adviseren om je darmen optimaal te laten werken?
Welk van onderstaande producten is het meest schadelijk voor je bloedvaten?
1. Gruyere
2. Emmenthaler
3. Goudse kaas
4. Pindakaas met stukjes noot
5. Pindakaas
6. Groentespread
Om bepaalde eiwitten aan te tonen kan Biureet-reagens gebruikt worden. Biureet-reagens kleurt blauw/paars als de bepaalde eiwitten zich bevinden in het onderzochte product. Voordat Biureet-reagens kan worden toegevoegd, moet het product eerst zo goed mogelijk worden opgelost in water. Als de wateroplossing met het te onderzoeken product na enige tijd blauw/paars kleurt, kan aangenomen worden dat de bepaalde eiwitten in het product voorkomen.

Hoe noemen we zo'n aantoonstof?
De ree is een ..............
1. Herbivoor
2. Carnivoor
3. Omnivoor
De gibbon is een ....................
1. Carnivoor
2. Herbivoor
3. Omnivoor
Deze kies van een planteneter is een ...............
1. knobbelkies
2. plooikies
3. knipkies
Hoe heet onderdeel 1?
Hoe heet onderdeel 3?
Welk nummer geeft het cement aan?
Marja zegt: De speekselklieren geven verteringssappen af die zetmeel en eiwitten verteren
Ginny zegt: Het oppervlak van de wand van een deel van het darmkanaal is vergroot door darmplooien en darmvlokken

Wie heeft gelijk?
1. Beide gelijk
2. Marja heeft gelijk
3. Ginny heeft gelijk
4. Beide ongelijk
Donny zegt: Gal is een enzym
Ben zegt: Gal verteert vetten

Wie heeft gelijk?
1. Beide gelijk
2. Donny heeft gelijk
3. Ben heeft gelijk
4. Beide ongelijk
Hoe heet de spier die borstholte en buikholte van elkaar scheidt?
Hoe heet de kringspier (A) op het einde van de maag?
Maagsap bestaat uit water, enzymen en .......................
De enzymen in maagsap zijn bedoelde voor de vertering van:
1. Eiwitten
2. Vetten
3. Koolhydraten
4. Zetmeel
5. Mineralen
Twee uitspraken:

Mies zegt: Gal wordt gemaakt in de galblaas
Marit zegt: De enzymen uit de alvleesklier helpen bij de vertering van eiwitten, koolhydraten en vetten

Wie heeft gelijk?
1. Beide gelijk
2. Mies heeft gelijk
3. Marit heeft gelijk
4. Beide ongelijk
Enzymen uit de dunne darm zijn bedoeld voor de vertering van:
1. Vetten
2. Eiwitten
3. Koolhydraten
Mira zegt: Een darmvlok bevat meerdere darmplooien
Jacob zegt: De blinde darm bevindt zich vlak bij de plaats waar de dikke darm overgaat in de endeldarm

Wie heeft gelijk?
1. Beide gelijk
2. Mira heeft gelijk
3. Jacob heeft gelijk
4. Beide ongelijk
Menno zegt: Wanneer je je anus-kringspier aanspant ga je poepen
Annie zegt: De dikke darm bevat veel bacterien die helpen bij de afbraak van plantaardig materiaal

Wie heeft gelijk?
1. Beide gelijk
2. Menno heeft gelijk
3. Annie heeft gelijk
4. Beide ongelijk
Hoe noemen we stoffen die scheikundige reacties versnellen?
Welke stoffen moeten verteerd worden?
1. Eiwitten
2. Mineralen
3. Vitamines
4. Vetten
5. Water
6. Koolhydraten
Welk orgaan is 6?
Welk orgaan is 12?
Op welke van onderstaande plaatsen worden enzymen afgegeven?
1. 1
2. 2
3. 3
4. 5
5. 9
6. 11
Bij welk nummer komen darmplooien en vlokken voor?
Welk nummer geeft de huig aan?
1. 1
2. 2
3. 3