Verbranding en ademhaling
Horizontaal |
3. | Gas dat vrijkomt bij verbranding | 5. | Ademhalingsorgaan van vissen | 6. | Hoeveelheid lucht die bij een rustige ademhaling wordt in-en uitgeademd | 8. | Gas dat in sigarettenrook voorkomt | 9. | Nuttig eindproduct van de verbranding | 10. | Dieren met een temperatuur aan de omgeving zijn...................... | 11. | Je neusholte is bekleedt met ......................... | 13. | Veel koudbloedige dieren houden een................................... | 14. | Glucose en kaarsvet zijn voorbeelden van................................... | 15. | Stof die in sigarettenrook zit | 16. | Bepaalde aandoening aan de longen | 19. | Bepaalde aandoening aan de longen | 21. | Hierin vindt de gaswisseling plaats | 22. | Energie kan bijvoorbeeld vrijkomen als ................................ | 23. | Spier die helpt bij de buikademhaling | 24. | Verslavende stof in sigaretten |
|
Verticaal |
1. | Sluit de neusholte af tijdens slikken | 2. | Deze dieren zijn warmbloedig en hebben een verenkleed | 3. | Geven stevigheid aan de luchtpijp | 4. | Gas dat voor 20% voorkomt in lucht | 7. | Vrijmaken van energie gebeurt door .......................... | 12. | Hierin bevinden zich je stembanden | 17. | Allergie voor stuifmeelkorrels | 18. | Houden grove stofdeeltjes tegen in je neus | 20. | Door deze aandoening aan de longen krijg je het erg benauwd |
|